Elke keer als ik een citroenvlinder zie vliegen, ben ik sprakeloos, de kleur geel is zo mooi. Hij of zij verstopt zich in de klimop en is daarna moeilijk te zien. Vorig jaar slechts twee keer waargenomen en nu al in maart twee keer zien vliegen en een paar pogingen ondernomen met fotograferen. Citroenvlinders zijn dagvlinders uit de familie Pieridae, de witjes en luzernevlinders. De mannetjes zijn meer geel, de vrouwtjes meer groen van kleur. Zij zijn te herkennen aan een oranje stip op iedere vleugelpunt. Moeilijk te zien op mijn foto’s.
De waardplanten zijn sporkehout en wegedoorn. De citroenvlinder is een van de langstlevende soorten die als imago meer dan een jaar oud kan worden. Bij Wikipedia staat dat de vliegtijd is van juli tot en met oktober en van februari tot en met mei. In de tussentijd wordt een winterslaap gehouden in holten in bomen of lage, groene struiken zodat de vlinder moeilijk te vinden en goed gecamoufleerd is. Ook als het imago rond juni uit zijn pop komt wordt al snel een soort zomerslaap gehouden. Hierdoor wordt het grootste deel van het relatief lange leven al rustend doorgebracht.
De rups meet ongeveer vier centimeter, heeft een langgerekt groen lijf met een witte lengtestreep langs de gehele zijkant. De rups neemt de groene kleur van de voedselplant aan. Over het hele lichaam zit een niet dichte, zwarte beharing. De rupsen ontwikkelen zich zeer snel in drie tot vijf weken, ook de pop is groen van kleur en moeilijk te zien.
Ik blijf zoeken naar rupsen en poppen.
