Erg opvallend op het groen van een blad op een grijze regenachtige dag. In 1996 is het Veertienstippelig Lieveheersbeestje voor het eerst gezien in de V.S. Het diertje plant zich snel voort, net als het Aziatische Lieveheersbeestje, die men in 1995 aantrof in Amerika. Men is bang dat deze twee soorten zich zullen handhaven ten koste van inheemse soorten. De larven van deze twee soorten zijn te koop in de handel, ze worden gebruikt voor bladhuisbestrijding in diverse gewassen.
Deze exoot komt voor in bomen en bossages, vrij algemeen, zeker in het voorjaar. Dit 4 tot 6 millimeter lang lieveheersbeestje is gemakkelijk van andere soorten te onderscheiden door zijn gele kleur en zwarte vlekken op de dekschilden, maar met name door de vierkante vorm van deze vlekken.
Er is wat variatie binnen de soort; veel exemplaren zijn geel met zwarte vlekken, maar sommige exemplaren hebben zeer grote zwarte vlekken. Een dambord.