Magnolia – Nederlandse naam beverboom De tweede Magnolia bloeit later en is ook voller van kleur, deze struik staat er al twintig jaar en stond in de verdrukking van de bamboe. Ik ga er even vanuit dat het een Lilliflora is, geen idee, straks even vergelijken met de magnolia bij de buurman, die veel ouder is en vaak de gehele zomer in bloei staat.
Magnolia’s worden al heel lang gekweekt. In China, waar Magnolia’s van nature voorkomen, is Magnolia denudata al sinds de T’ang dynastie (618-907) of eerder in cultuur als sierplant bij tempels, en verder is bekend dat er ook altijd exemplaren voor de keizerlijke tuinen werden gekweekt. Van deze soort werden geselecteerde (vooral witte) vormen geënt op een onderstam van de kleinere Magnolia liliiflora, waardoor ze minder hard groeiden.
De blad en bloemknoppen van Magnolia’s zijn omgeven door één of meer harde, meestal sterk behaarde schubben (perulae). De bloemknoppen zijn daarnaast ook nog eens omgeven door een of meer vliezige, meestal ook behaarde schutbladen (bracteae). De perulae en bracteae worden bij het uitlopen snel bruin en vallen dan af, waarbij ze op de twijg een ringvormig litteken achterlaten.
Magnolia’s hebben ongedifferentieerde Bloembladeren: de bloemen hebben een bloemdek bestaande uit bloemdekbladeren (tepalen). De bloemdekbladeren, de meeldraden en de vruchtbeginsels zijn spiraalsgewijs op de kegelvormige bloemas ingeplant. Deze bloembouw komt overeen met de oudst bekende fossiele bloemen en duidt erop dat de oorsprong van de groep in de buurt van de eerste bloemplanten moet liggen
Magnolia liliiflora, om de kleur en late bloei veel gebruikt in kruisingen
De bestuiving geschiedt door kevers. De vruchtbeginsels hebben een dikke wand, die ze beschermt tegen de kevers, die erover kruipen en eraan knagen.
Bron: Wikipedia