De gewone oeverlibel – Orthetrum cancellatum – is een echte libel uit de familie van de Korenbouten (Libellulidae).
Het vrouwtje van de Gewone Oeverlibel is geel met bruin met zwart met lichtere zijkanten van de flanken, jongere vrouwtjes zijn meer geel van kleur en worden later bruin.
De gewone oeverlibel komt in grote delen van Europa voor en is soms talrijk. In Nederland is de soort algemeen en kan in veel verschillende leefgebieden aangetroffen worden. De habitat bestaat uit stilstaande of zwak stromende wateren, zowel met veel waterplanten als grotere meren met weinig vegetatie. De ondergrond dient liefst kaal te zijn, de waterbodem zandig of kiezelig. De libel zont graag op stenen bij het water, de paring vindt wel eens op de grond plaats, veel andere soorten doen dit in bomen of al vliegend boven het water.
Vliegtijd en gedrag
Begin mei tot eind september, met de hoogste aantallen in juni, juli en de eerste helft van augustus. Jonge oeverlibellen kunnen ver van het water wegvliegen en zijn op allerlei plaatsen te vinden, vaak zittend op kale grond of in korte vegetatie. Hier jagen ze tot ze geslachtsrijp zijn en naar het water terugkeren.
Geslachtsrijpe mannetjes houden de wacht vanaf warme zitplaatsen langs de waterkant. Vaak zijn dit kale stukken grond, boomstronken, enz. Vanaf deze zitplaatsen maken ze vluchten laag over het water, waarbij andere mannetjes worden verjaagd en vrouwtjes worden gegrepen voor de paring. Het vrouwtje zet haar eitjes af door vliegend met de achterlijfspunt op het wateroppervlak te tikken. Het mannetje vliegt meestal dicht bij haar in de buurt, om concurrenten te verjagen.
Bij veel libellen zijn de vrouwtjes wat zwerflustiger dan de mannetjes. Zij moeten veel eten om eitjes te produceren. Bij de sloten worden ze te vaak lastig gevallen door de mannetjes. De gewone oeverlibel leeft weer van waterjuffers.
Bronnen: Wikipedia, Libellennet